Een unieke kans voor verbeteringen aan de energiebesparingsplicht

11 mei 2022 | News | door Jelle Hofstra

De energiebesparingsplicht biedt fantastische handvatten om energiebesparende maatregelen door te voeren in ondernemend Nederland. Door de invulling en uitvoering van de wet bleef tot nu toe een groot potentieel aan energiebesparende maatregelen onbenut. Per 1 januari 2023 worden de regels voor de energiebesparingsplicht geactualiseerd, en wordt de impact daarvan sterk uitgebreid door ook grotere bedrijven toe te voegen. Door de inmiddels veel hogere energieprijzen zullen ook veel meer maatregelen onder de besparingsplicht gaan vallen. In combinatie met een aangescherpte handhaving kan dit leiden tot lagere kosten voor bedrijfsleven en maatschappij, minder energie-import en forse emissiereductie.

 

Actualisatie energiebesparingsplicht leidt tot zeer sterke verhoging van het potentieel

De energiebesparingsplicht houdt in dat alle energiebesparende maatregelen met een terugverdientijd van hoogstens 5 jaar uitgevoerd moeten worden. Ondernemers kunnen de voor hen relevante maatregelen in de erkende maatregelenlijst (EML) vinden, en hebben een informatieplicht om te rapporteren welke maatregelen zijn uitgevoerd. In de actualisatie wordt de EML vernieuwd, worden nieuwe standaardtarieven gezet voor het berekenen van de terugverdientijd, worden energiebesparende maatregelen aangevuld met andere verduurzamingsmaatregelen (zoals eigen opwek en overstap naar duurzame energie), en gaan ook grotere, milieuvergunningplichtige bedrijven en ETS-bedrijven onder de wet vallen.

De standaardtarieven zullen minimaal moeten verdubbelen. Het totale energieverbruik waar de energiebesparingsplicht over gaat, zal verdrievoudigen, voornamelijk door een vertienvoudiging van het industrieel energiegebruik dat onder de regeling gaat vallen. Hierdoor zal het potentieel van de energiebesparingsplicht zeer sterk toenemen. Onze suggesties richten zich op het benutten van dit potentieel.

 

Houd meer rekening met besparingen op proces-energie in de industrie

De nu in de EML aanbevolen energiebesparende maatregelen richten zich voornamelijk op gebouwgebonden energie; dit is vooral relevant in de dienstensector, maar sluit slecht aan op de industrie, die een groot aandeel procesgebonden energie heeft. De industrie die valt onder de huidige energiebesparingsplicht verbruikt ca. 42 PJ aan gas en elektriciteit, maar met de actualisatie komt daar 371 PJ bij 1 van milieuvergunning-plichtige bedrijven, waar ook de grootste bedrijven die deelnemen aan de Europese emissiehandel ETS onder vallen. Daarmee komt 10x zo veel industrieel energieverbruik onder de energiebesparingsplicht te vallen. Om te zorgen dat de energiebesparingsplicht goed aansluit bij de industrie raden wij aan om:

  1. het energiebesparings-onderzoek verplicht te maken voor alle bedrijven met een groot aandeel procesgebonden energiegebruik;
  2. de rapportage nauw aan te laten sluiten bij andere verplichte rapportages zoals de EED energie audit, en daarin toepassing van de rekenregels een verplicht onderdeel te maken;
  3. de energiebesparingsplicht mee te nemen in een verplicht aan te leveren en uit te voeren onderhoudsplan voor milieuvergunning-plichtige bedrijven.

 

Help advies en handhaving door betere monitoring van energiegebruik

In de nu geldende informatieplicht zijn bedrijven enkel verplicht om hun totale energieverbruik op te geven; een overzicht van waar die energie voor gebruikt wordt mist. Eerder gemaakte potentieelschattingen richten zich op toe te passen technologieën, maar uit ervaring van technici blijkt dat ze bij ieder bedrijf waar ze langs komen minstens 15% extra energiebesparing kunnen realiseren, voornamelijk door technieken slim of correct in te schakelen; dat valt dus ver onder de 5 jaar terugverdientijd. Maatwerkadvies vergt veel expertise en tijd, en er zijn nu al te weinig energie-adviseurs in Nederland. Om die adviseurs zo goed mogelijk in te zetten raden we aan om de informatieplicht uit te breiden met een op monitoring gebaseerd overzicht van energiegebruik naar functie. Op basis hiervan kunnen doelgerichte besparingsadviezen gegeven worden.

Voor milieuvergunning-plichtige bedrijven kan dit meegenomen worden in het energiebesparings-onderzoek. Voor de dienstensector adviseert Common Futures om installateurs te betrekken in advies en rapportage met behulp van een versimpelde energieadvies certificering voor installateurs. Zo kun je expertise doelgericht inzetten, kun je de potentie van hogere energiebesparingsplicht bij de dienstensector realiseren en verhoog je de kwaliteit en handhaafbaarheid van de informatieplicht.

 

Daarnaast blijkt dat er grote verschillen zitten tussen omgevingsdiensten als het aankomt op handhaving van de energiebesparingsplicht, zowel in kwantiteit, kwaliteit als communicatie. Dit staat haaks op het beginsel van rechtsgelijkheid. De verschillen kunnen deels verklaard worden doordat handhaving op de energiebesparingsplicht specialistisch werk is en de omgevingsdiensten moeten prioriteren hoe ze hun mankrachten verdelen. Gebrek aan, of gebrekkige controle zet echter geen stok achter de deur om maatregelen uit te voeren en kan ook een nadelig effect hebben op naleving van de energiebesparingsplicht. We adviseren om uniformiteit in de omgevingsdiensten aan te brengen door een certificering te vereisen van handhavers om controles op de energiebesparingsplicht uit te voeren, en daarbovenop een landelijk orgaan om de kwaliteit van de controles te checken. Dat verhoogt de urgentie bij de handhaving om een goede controle uit te voeren, en verhoogt dus de kwaliteit van de handhaving en uiteindelijk ook van naleving bij bedrijven.

 

Baseer de verhoging van de standaardtarieven op huidige marktprijzen (‘futures’) voor de komende 5 jaar

De standaard energietarieven en CO2-tarieven worden gebruikt om uit te rekenen of een maatregel uitgevoerd kan worden met een terugverdientijd onder de 5 jaar. Met de huidige marktontwikkelingen moeten de standaardtarieven flink verhoogd worden, waardoor een heel arsenaal aan nieuwe maatregelen relevant zal worden boven op de maatregelen uit de EML. Dat geeft complexiteit, die we willen oplossen door het advies over maatregelen en de rapportage in de informatieplicht te verbeteren. Dit door de combinatie van maatwerk-op-afstand door monitoring, het energiebesparingsonderzoek voor voornamelijk industrie, en extra adviesmogelijkheden voor de dienstensector.

Om de huidige marktontwikkelingen mee te nemen in de nieuwe standaardtarieven raden wij aan

om deze te baseren op het huidige gemiddelde van de (TTF) futures-prijzen voor alle maanden van de jaren 2023 t/m 2027; dat is de beste schatting van de prijzen in de komende 5 jaar. Dit gemiddelde is voor aardgas nu 55 €/MWh en voor elektriciteit 146 €/MWh, en voor CO2 99 €/ton (gebaseerd op EEX-data. Bij actualisatie kunnen de meest actuele gegevens gebruikt worden). Omgerekend naar daadwerkelijk betaalde totaalprijzen per categorie verbruikers, die voor niet-grootverbruikers stukken hoger liggen dan deze groothandelsprijzen.

 

Bovenstaande adviezen geven een goed beeld van de richting die de energiebesparingsplicht op zou kunnen gaan, waardoor deze regeling haar grote potentieel kan verzilveren. Voor een uitgebreidere rapportage verwijzen we graag naar de uitgebreidere analyse die een toelichting geeft per maatregelen, hieronder toegevoegd als pdf


 

1 TNO 2021, Verwachte effecten van de energiebesparingsplicht uit de Wet milieubeheer, pagina 23